Sunday, October 30, 2016

Gecrasht op Aarde

Ik crashte samen met vier anderen op Aarde. Ons ruimteschip kwam in een pertubulum motinicum terecht, een soort astraal bewegingsveld bovenop jullie aardbol. Wat een teringzooi was het daar zeg.
Onze vriend Harrum dacht even grappig te zijn en stuurde ons schip dwars door jullie ellende heen.

Wat er daarna gebeurde mogen de goden weten, maar één ding is duidelijk. Ons schip is verdwenen.
Wij zijn ontsnapt in een capsule en vielen in de fysieke dimensie. Normaal was dit geen probleem voor ons, maar het punt is, het schip was er ook in gevallen, en die was nogal duur. Het was een dure bolide. Gemaakt van verkoolde sterren. Knoepenshard, zei mijn vader. Kun je nie kapot krijgen.

Nee, kapot niet maar wel kwijt. Godverjuuh!

-----------------------------------------------------------------------------------------------------

Ik had ineens armen en benen en ademde lucht en alles zag er uit alsof ik door de ogen keek van een mens. Binnin mij gloeide een enorme kracht. Maar ik was iets kwijt. Ik voelde dat ik niks voelde. Ik was mijn gevoelens verloren. Zeker ergens blijven hangen tussen de astrale wirwar bush bush.
Mijn naam is Herhald Berhald Broompop en ik spreek vanuit de fysieke dimensie door een schrijver op een laptop in de eenentwinstige eeuw.

Harrum was zijn vermogens verloren. Dat zei hij telepatisch tegen mij. Want dat was hoe wij communiceerden. De vermogens van Harrum stelden hem in staat om geavanceerde technische problemen op te lossen. Niet handig dus.

Balin was gewoon sagerijnig. Hij had zijn humeur verloren. Ook blijven steken.

Pretzel Sunny trok zijn capsule door een verragt deel van de Aarde heen, waar de geesten van honderduizenden werden geheeld van de massatrauma's. Hij tikte er zo'n 2 miljoen van hun verzadigingsplek terug in de fysieke dimensie. Klein probleempje zei Sunny. Met sunny was niks aan de hand, maar daar was ook weinig aan te mollen want hij was zelf al zo'n ontiegelijke lompe Aldebraan.

------------------------------------------------------------------------------------------------

"Whagaga" lachte Pretzel Sunny toen hij op Aarde neerkletste. Het water van de stille oceaan sloeg een kilometer de lucht in. De capsule kwam een paar minuten later boven water en Sunny sloeg de deur eruit. Boven hem poepte een meeuw in zijn gezicht. En een walvis lachte hem uit.
Welkom op Aarde, zei de meeuw.

Godverjuuh! Zei sunny, en hij begon met Balin te communiceren.

"Waar ben je? Ritje overleeft? "

Ja ik leef nog. niks aan de hand.

Ik heb alleen een paar honderd kilometer oerwoud meegetrokken. Waarom stuurde je niet?
Moest je echt weer zo'n lompe entree maken? Grinnik..

Ik ging diep jonge, zei Sunny. Ik denk niet dat ik vissen heb geraakt, maar die mensen maak ik me wel een beetje druk over.

We zullen het zien. Ik kan zo naar je toe komen. Even deze aap in zijn nest leggen.

Tot zo.

----------------------------------------------------------------------------------------------------


Vanuit de heuvels van de Kilimanjaro klinkt een oorverdovende klap. Luider dan de luidste klap die ooit is gehoord. En even later een tweede oorverdovende klap. De capsule van Harrum is gearriveerd.

Mensen met speren staan met open bek te kijken hoe een hele zwerm vogels uit de lucht valt van ellende. Maar deze mensen rennen niet naar de vogeltjes toe, maar naar 't geluid, een paar honderd meter, verderop. Het zijn een groepje jagers van de Batzalki stam die eropuit waren om een ziek kalf op te jagen. Maar nu heeft iets anders hen afgeleidt.

Het ding, heeft hele lappen grond en gras meegetrokken in het gebied waar het overvloog. En bomen zijn op de grond geslagen alsof het takjes waren. De jagers naderen de plek van de knal. Tussen wat struiken zien ze nog in de verte een gedaante.. Het is een olifant die op zijn zij ligt. Ze sluipen dichterbij, en vanachter een prikkelplant gluren ze naar het 'ding'. Het is een blauwe capsule, een blauw die zij zelf nog nooit eerder hebben gezien. Nu ze eens goed rondkijken zien ze de ravage. Verderop ligt nog een olifant, een kalfje.

Een sluis gaat open en een langgerekt figuur stapt uit. Hij moet zeker 2,5 meter hoog staan, met armen zo lang als een man. Een figuur met dezelfde kleur als de boot uit de hemel.Die nu in één streep richting de gewonde olifant loopt. De hemelse koerier siddert en gloeit als de warme afrikaanse zon. Maar dan in een rukbeweging kijkt het wezen hen aan. "Kom hier", horen de jagers in unitoon. Met een stem zo helder en rustig en vriendelijk als ontelbare grootmoeders en vaders.

De jagers staan op en naderen de plek. De hemelse koerier verricht een aantal handelingen met zijn handen op de buik en rug van de olifant en neemt dan een paar stappen achteruit. De jagers zijn onzeker of ze nog dichterbij willen komen. Maar de blauwe man zegt: "Kom dichterbij, als je zo nieuwsgierig bent."

En ze stappen naar voren.

Het figuur gaat voor hen staan en torent hoog boven hem. Met de neergaande zon achter de bomen zien de jagers voor het eerst dat het figuur helemaal geen ogen, geen mond, en geen neus heeft. Het hoofd is helemaal vlak en afgerond in een soort ellipsvormige ei.

"Als je wilt weten wat ik ben, hou dan mekaars hand vast, dan zal ik het je laten zien."

De jagers wisselen wat woorden. En pakken elkaars handen vast.

'---------------------------------------------------------------------------------------------

De droom van de Batzalki stam. 

4670 BC - Kilimanjaro Regio.

-------------------------------------------------------------------------------------------------

Eerst was er niets, dat gevuld was met alles.

Maar dit alles/niets sloeg in op mekaar.

En het niets tegen het iets zorgde voor het iets dat geen van beiden was.

En de Aarde ontstond.

En de olifanten, het gras, de lucht, de zon, de mensen. De leeuwen, de tijgers, de apen, de zebra's en de groenegeleblauwerodepaarse bloemen, planten alles.

En alles werkte precies zoals het hoorde en alles was goed.

Maar toen kwam de mens en die snapte het niet meer.

En zo begon onze reis.

------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Verslag van soldaat uit eerste wereldoorlog:

Ik had de eerste wereldoorlog niet overleeft. Ik was gestorven in een greppel. Boven mij was een clusterbom ontploft en die stuurde een scherf door mijn bakkes heen.

Daarna, licht en liefde.

Ik zat in een soort astraal veld en het was heerlijk. Mijn persoonlijke geschiedenis was achter mij gelaten en ik hing daar boven de aarde. Samen met tienduizenden anderen.

Dat was totdat ik wilde los werd gerukt door een passerend object, die door onze configuraties heen ragte met een snelheid dat ons in deze dimensie nog te boven ging.

Wij vielen, samen met alle anderen, naar de Aarde.

En wij reïncarneerden. (verder weet ik niks meer, want toen was ik iemand anders.)

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Voor Sunny was het weer even als vroeger. En hij dacht terug aan zijn kinderjaren, toen hij met anderen de buurt onveilig maakte en zelfs een keer in stasis werdt gezet door onze lieve heer. Omdat ie zo stout was.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Ik voelde een energiepertubatie, afkomstig van.... en ik keek even op het web. Zwitserland. Ja.
Ik vloog erheen. Onder de grond lag een cirkel, kilometers lang.

De cirkel spinde en stootte haar energie rond tegen een gouden plaat. En ik wist meteen wat ze aan het doen waren. De mensen met hun nieuwsgierige hoofd waren proberen om door de fenomenalitieit heen te breken tot die realiteit die erachter ligt.

En ik moest glimlachen, want ik wist dat dit hetzelfde was als met een blind oog door het gat van de tuinschutting kijken om te zien wat erachter lag.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------

Ik stopte uit dit tijdscontinuüm, en ging een eindje naar voren. De toekomst in, zoals jullie dat noemen.

Er was grote angst in deze periode, En tegelijkertijd een even zo grote hoop.

Er was zich een grote droom aan het materialiseren in Afrika.

De aandacht van de planeet werd verdeeld tussen dit project en anderzijds de collectieve ellende van alle wereldproblemen. En er was een constante wisselwerking tussen deze twee bezig. Zodra er een grote ramp ontstond verschoof de aandacht naar het project in Afrika, en daarna viel alles weer terug naar die ramp. Alsof de toekomst er niet meer toe deed. Alsof iedereen depressief werd.

Als ik al die energie kon nemen die opgesloten zat in elk individu, en deze kon verzamelen, Dan zal ik een bom hebben die feller schijnt als de zon.

--------------------------------------------------------------------------------------------------------

De schrijver was moe en moest zijn lichaam laten rusten alvorens hij verder kon.

Wees niet ongerust,

het verhaal komt naar buiten.





















No comments:

Post a Comment